Zelden heeft een boek zo n cultstatus bereikt als On the Road, de roman waarmee de Amerikaanse schrijver Jack Kerouac (1922-1969) in de jaren vijftig op slag beroemd werd. Het boek wordt tegenwoordig gezien als een onverbiddelijke klassieker in de Amerikaanse literatuur.

Maar in de tijd van de publicatie was Amerika een preuts en burgerlijk land, waarin onmogelijk de ongekuiste versie van het manuscript kon verschijnen. In een ongelooflijke uitbarsting van energie had Kerouac die oerversie onafgebroken tikkend binnen drie weken geschreven en alle vellen papier onder elkaar aaneengeplakt tot één lange rol vandaar de term scroll version, die het oorspronkelijke manuscript meekreeg. De in 1957 verschenen versie is wel een heel drastische aanpassing aan de toentertijd heersende moraal; het boek was bijkans onherkenbaar veranderd. Pas vijftig jaar na dato, in 2007, kan de ongekuiste versie in Amerika verschijnen en ook in Nederland.

Onvergetelijk is het beeld dat Jack Kerouac oproept van wat we de Beat Generation zijn gaan noemen, en onvergetelijk is het symbool dat hij voor die generatie kiest: altijd onderweg, on the road, nooit ergens aankomen, nooit ergens wíllen aankomen. Tussen wanhoop en vervoering in experimenteren de personages met seks, liefde, drugs, alcohol, muziek. Ze vluchten voor het gezapige bestaan, voor keurigheid en orde en rust, voor stilstand, en zij zoeken de beroering, het wilde leven, de losbandigheid de toppen van hun emoties.