In oktober besluit André Baillon uit Brussel, waar hij neurasthenisch wordt, weg te trekken en samen met zijn vrouw Marie een kippenfokkerij op te zetten in Westmalle, op dat moment nog een dorp van keuterboeren. Ze knappen er een oude keet op en weldra staat de stadsmens Baillon op klompen tussen een paar honderd witte leghennen. Marie, de potige West-vlaamse, neemt één keer per week, met twee enorme manden vol eieren, de tram naar de stad. Een succes wordt het niet - in 1905 keert het paar in arren moede naar Brussel terug, en een tweede poging, tussen 1907 en 1910, loopt al even faliekant af - maar Baillon houdt aan de ervaring wel zijn vrolijkste boek over.
Op klompen, waarmee Baillon in 1920 zal debuteren, is het half ernstige, half ironische verslag van deze tijd, die ondanks alles de minst getormenteerde uit zijn leven zal zijn. Met licht impressionistische toets beschrijft hij het dorp en zijn bewoners, het wel en wee van kippen, katten en hond, en last but not least zijn ontdekking van de trappistenabdij, waar hij zowaar een geestelijke roeping meent te voelen.
Extract:
'Ik sta op mijn binnenplaats hout te zagen. Fientje, mijn lievelinskip, die verliefd op me is omdat ik ooit haar poot heb gespalkt, houdt me gezelschap.'
Op klompen
Details
Auteur: André Baillon
Uitgever: Dedalus
ISBN: 9789052810553
Taal: Nederlands
Vertaling: Frans Denissen en Hilde Rits
Oorspronkelijke titel: En sabots (1922)
Bindwijze: Gebonden
Verschijningsdatum: 1991
Aantal pagina's: 183
Tweedehands exemplaar
In zeer goede staat