top of page
'Mijn lieve zieltje'

De brieven die Martin Heidegger gedurende 55 jaar aan zijn vrouw stuurde, laten niet alleen een bewogen huwelijk zien. Ze geven ook inzicht in het ontstaan van zijn filosofische denkbeelden, zijn universitaire ambities en zijn nationaal-socialistische sympathieën.

Heidegger blijkt nog sterkere anti-joodse ideeën te hebben dan we al dachten. Al in 1916 beklaagt hij zich over de ‘verjoodsing’ van de Duitse cultuur en universiteiten. En hoewel hij zich ergert aan het gebrek aan cultuur van de nazi’s, uit zijn brieven rond de Tweede Wereldoorlog blijkt nergens compassie met het lot van zijn joodse collega’s en zijn leermeester Husserl. Twijfel aan de juistheid van de Duitse invasie van Europa heeft hij ook niet.
Dat Heidegger een verhouding had met zijn leerlinge Hannah Arendt is bekend. Maar uit de brieven blijkt dat hij nog veel meer buitenechtelijke escapades had. Aan zijn vrouw Elfride, die hij bijna altijd met ‘Mijn lieve zieltje!’ aanschrijft, geeft hij hiervoor de volgende (filosofische?) legitimatie: ‘Als mijn bestaan zonder passie is, verstomt de stem en stroomt de bron niet meer.’

Gertrud Heidegger (1955) is de kleindochter van Martin en Elfride. Ze ontving van haar oma Elfride de sleutel van de kist met brieven die pas na de dood van Elfride mocht worden geopend.
De brieven van Heidegger aan zijn vrouw worden ook in het Frans, Engels en Italiaans uitgegeven.

'Mijn lieve zieltje'

19,50 €Prijs
  • Details

    Brieven van Martin Heidegger aan zijn vrouw Elfride 1915-1970

    Auteur: Martin Heidegger

    Uitgever: Ten Have

    ISBN: 9789025956462

    Taal: Nederlands

    Vertaling: Karl van Klaveren

    Oorspronkelijke titel: 'Mein liebes Seelchen!' Briefe Martin Heieggers an seine Frau Elfride 1915-1970 (2005)

    Bindwijze: Paperback

    Verschijningsdatum: 2007

    Aantal pagina's: 463

  • Tweedehands exemplaar

    In zeer goede staat, uiterst lichte leeslijn in rug

'Het zou mooi zijn boeken te kopen als we de tijd om ze te lezen erbij konden kopen, maar meestal verwart men het kopen van boeken met het toe-eigenen van de inhoud ervan.'

Arthur Schopenhauer (1788-1860)

bottom of page